In het dagelijks leven spreekt 41,9% van de Zwitsers regelmatig twee of meer talen of dialecten per dag. Dus: de meerderheid van de inwoners van dit kleine landje voelt zich op haar gemak bij meerdere talen. Dit is echt een culturele rijkdom!
Leven met 4 officiële talen
Volgens de voorwaarden van artikel 4 van de federale Grondwet zijn de nationale talen in Zwitserland het Duits, het Frans, het Italiaans en het Romandisch. Zwitserland is echt een kruispunt in het centrum van Europa en bevordert in die hoedanigheid de individuele meertaligheid.
Het Zwitserse politieke systeem – federalisme en rechtstreekse democratie met een zeer grote, door kantons en gemeenten goedgekeurde autonomie, aangevuld met een grote taalvrijheid – wordt gezien als een garantie op de meertaligheid en duurzaamheid van de drie Latijnse minderheden, die qua aantal sprekers en statuten sterk verschillen.
‘Lappendeken’ van talen
Van de 26 Zwitserse kantons zijn er 17 officieel Duitssprekend, 4 Franssprekend, 1 Italiaanssprekend en 4 meertalig, waarvan 3 twee- en 1 drietalig.
De Zwitsers zitten dus ruim in de talen. Waar of niet waar? Een onderzoek op dit onderwerp laat zien dat de Duitssprekenden het meest ontwikkeld zijn in het Frans als tweede taal en de Romandiërs in het Duits als tweede taal. Dit zijn dus de meerderheden, die het meest bedreven zijn en de meeste interesse tonen voor de andere taalgemeenschap. De Italiaanssprekenden leren echter Duits of Frans via hun superieure studies ten noorden van de Alpen en zijn over het algemeen in naam tweetalig! en de inwoners van Romandië zijn om hun ongebruikelijke moedertaal zo’n beetje gedwongen om een tweede taal aan te leren, meestal Duits of Italiaans. Over het algemeen spreken alle Zwitsers een tweede nationale taal.
En nu over de Röstigraben!
De beroemde “Rösti-kloof” geeft het verschil aan tussen de Duitssprekende partij en het Franssprekende gebied en tekent zich af tijdens de verkiezingen, wanneer de culturele verschillen duidelijk worden. Maar de Zwitsers weten heel goed: de enige mogelijkheid om elkaar te blijven begrijpen qua specifieke cultuur en levensstijl… dat is elkaars taal te leren!
De voorbeelden van de noodzaak om ten minste één andere nationale taal te leren zijn legio: op de Zwitserse autowegen kun je maar beter een basiskennis hebben van de andere nationale talen. Het kan anders aanleiding geven tot misverstanden, zoals toeristen ondervonden toen zij tevergeefs zochten naar de stad Sierre en Valais, terwijl zij zich bevonden in Siders (wat dezelfde plaats is). Let op, want Bienne wordt Biel, Bâle wordt Basel en Zürich… Zürich!
In de supermarkt zie je je klassiekers terug
In Zwitserland maakt een rondje in de supermarkt soms veel duidelijk: het etiket van je badschuim vult je praktische woordenschat heel grappig aan met Schaumbad en Bagnoschiuma. Voor melk krijg je ook nog Milch en Latte, de boter heet ook Butter en burro. Op de verpakkingen gedrukt, en te lezen in bad of bij het ontbijt. Praktisch toch?
Voor vertalers is het een paradijs: één paspoort en 5 talen
Zwitserland geeft haar officiële documenten uit in de 4 nationale talen. Dat is dus een paradijs voor vertalers, een soort heiligdom voor tolken! Duizenden woorden worden elke dag door een leger van specialisten vertaald. Gelukkig worden de tonnen papier tegenwoordig vervangen door digitale documenten – dit neemt minder plaats in. En voor diegenen die zich verbazen over de omvang van het Zwitserse paspoort: het is in 5 talen geschreven, om recht te doen aan de taal die in opmars is: het Engels.
Spreek jij dagelijks een tweede of derde taal? Vertel ons hierover in de comments.
What do you think?